-
1 komen
2 [verschijnen, zichtbaar worden] come3 [op bezoek komen] come ((a)round/over) ⇒ call4 [+ aan] [aanraken] touch7 [informeel] [klaarkomen] come♦voorbeelden:in afwachting van de dingen die komen gaan • in expectation of things to comeergens bij kunnen komen • be able to get at somethinghij kwam te overlijden • he diedje moet op een kantoor zien te komen • you must arrange to get into an office〈 figuurlijk〉 ergens achter komen • find out/get to know/get on to something〈 figuurlijk〉 hoe kom je erbij! • what(ever) gives/gave you that idea?〈 in gesprek〉 hoe kwamen we hierop? • how did we get onto this (subject)?kom op, we gaan • come on, we're leavingik kom er wel uit • I'll let myself outmaak dat je weg komt! • get out (of here)!ze hadden het nooit zover moeten laten komen • they should never have let things get this/that farhoe is het ooit zover kunnen komen? • how did it/things ever come to this?nergens aan toe komen • fiddle about, not get anything doneergens niet aan toe komen • not get round to somethingbij elkaar komen • come/get together, meethoe kom je van hier naar het museum? • how do you get to the museum from here?ergens niet op kunnen komen • not to be able to think of somethingdat komt op ƒ200 • that comes to 200 guilderstot staan komen • come to a halt/stoptot iets komen • come to something; 〈 over zijn hart krijgen〉 bring oneself to (do) something; 〈 de tijd vinden〉 get round to somethinghij komt tot mijn schouder • he comes (up) to my shoulder〈 spreekwoord〉 wie het eerst komt, het eerst maalt • first come, first serveddaar komt de boot de haven in • there's the boat coming into (the) harboureen komen en gaan van bezoekers • coming(s) and going(s) of visitorser kwamen niet veel mensen kijken • not many people came to lookde politie laten komen • send for/call the policekomen logeren bij iemand • come and stay with someonehij is helemaal komen lopen • he walked the whole waydaar mag je niet komen • you mustn't go therekom daar nu eens om! • 〈 figuurlijk〉 try to find that!, where do you find that!ik kom eraan/al! • (I'm) coming!, I'm on my way!kom hier • come herekom eens langs! • come round some time!met de boot/per spoor/te voet komen • come by boat/by train/on footzij komt om suiker • she has come/she's here for/to get some sugarhij komt uit Engeland • he's from England3 er komen mensen vanavond • there are/we've got people coming ((a)round) tonight4 kom nergens aan! • don't touch (anything/a thing)!hoe komt het? • how come?, how did that happen?daar komen ongelukken van • that's how you get accidents, that's how accidents happendaar komt niets van in • that's out of the questiondaar zal voorlopig wel niets van komen • nothing will come of that for the time beingkomt er nog wat van? • come on (, do/say sth!)het zal er toch van moeten komen • it's just got to be doneik zie het er nog wel van komen dat … • I can just see …, before you know it …er is niets van gekomen • it came to nothingdat komt ervan als je niet luistert • that's what you get/what happens if you don't listenvan het een komt het ander • one thing leads to anothereerlijk aan iets komen • come by something honestlydaar kom ik straks nog op • I'll get round to that in a moment¶ daar komt nog bij dat … • what's more …, besides …er komt 15 % voor bediening bij • there's 15 % extra/added on for servicedat moest er nog bij komen! • that's all I/we needed!dat komt er niet op aan • it doesn't matternu komt het eropaan om … • now it's a matter/question of …(-ing)kom nou! • don't be silly!, come off it!kom op, we gaan • come on, we're leaving -
2 erdoor komen
erdoor komen -
3 mes
♦voorbeelden:het mes in de begroting zetten • slash the budgethet mes in iets zetten • 〈 figuurlijk〉 take drastic action; 〈 bezuinigen〉 apply the axe to somethingiemand het mes op de keel zetten • 〈 ook figuurlijk〉 put a knife to someone's throat; 〈 figuurlijk ook〉 hold a pistol to someone's head〈 figuurlijk〉 met het mes op de keel • at pistol-/gun-pointik ga morgen onder het mes • 〈 met betrekking tot operatie〉 I'm going in tomorrow; 〈 met betrekking tot zwaar examen〉 tomorrow's the moment of truth -
4 ik ga morgen onder het mes
ik ga morgen onder het mesVan Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels > ik ga morgen onder het mes
-
5 uitslag
1 [wat uit een vast oppervlak te voorschijn komt] 〈 met betrekking tot huid〉 rash; 〈 schimmel〉 mildew; 〈 vocht〉 damp3 [met betrekking tot een wijzer] deflection♦voorbeelden:daar krijg ik uitslag van • that brings out/causes a rash2 de uitslag van de verkiezingen, van het examen • the result of the elections/examination -
6 opgaan
3 [zich begeven naar] go4 [examen afleggen] sit (for)5 [opgegeten/opgedronken worden] go, be finished6 [juist zijn] hold good/true ⇒ apply7 [in beslag genomen worden] be wrapped up (in)♦voorbeelden:1 er ging een gemompel op in de zaal • a murmer arose in the hall/roomde trap opgaan • go up/climb the stairsdezelfde kant opgaan • go the same wayals het die kant opgaat met de maatschappij dan … • if that is the way society is going …al zijn geld is opgegaan aan de inrichting van het huis • all his money went to decorating the househet is helemaal opgegaan • it's all gone6 die stelling/vergelijking gaat niet op • that hypothesis/comparison does not hold good/waterdit gaat niet op voor arme mensen • this doesn't apply to/is not true of poor people7 zij gaan op in hun werk • they are wrapped up/absorbed in their workhelemaal opgaan in zichzelf • be totally wrapped up in oneselfbeide teams zijn in elkaar opgegaan • the two teams have mergeddoen opgaan in • merge into -
7 slagen
1 [+ in/met] [het er goed afbrengen] 〈 met persoon als onderwerp〉 succeed (in), be successful (in) ⇒ 〈 informeel〉 pull off 〈 in het bijzonder moeilijke opgave〉4 [succes hebben, goed uitvallen] be successful♦voorbeelden:1 ben je erin geslaagd? • did you pull it off/manage?in een winkel (kunnen) slagen • (manage to) get what one wants in a shophij slaagt er altijd in mij kwaad te maken • he always manages to annoy me/succeeds in annoying mehij is voor zijn Frans geslaagd • he has passed (his) Frenchde tekening is goed geslaagd • the drawing has turned out well -
8 zwaar
1 [veel wegend] heavy♦voorbeelden:zwaar wegen • weigh/count heavily, lie heavy, be importantzwaarder worden • put on/gain weighttwee pond te zwaar • two pounds overweight/too heavy3 zwaar linnen/papier • heavy quality linen/paperzwaar geschut • big/heavy gunszwaar vergif • strong poisonzware wijn • full-bodied wine5 zware ademhaling • hard breathing, wheezingeen zware bevalling • a difficult deliveryeen zware dag • a hard dayeen zwaar examen • a stiff/difficult exam〈 figuurlijk〉 hij heeft het zwaar • he's having a hard time of it, he really has it roughde tocht viel hem zwaar • the trip took it out of him6 zware tijden • hard/difficult timesiemand zwaar straffen • punish someone severely7 een zwaar ongeval • a bad/serious accidentzwaar verlies • a heavy losszwaar zondigen • sin grievously, offend deeplyII 〈 bijvoeglijk naamwoord〉♦voorbeelden:het is tweemaal zo zwaar • it is twice as heavy, it weighs twice as much♦voorbeelden:1 zwaar gewond • badly/seriously/severely woundedzwaar verkouden zijn • have a bad coldiemand zwaar belasten • put stress on someone, burden someonezwaar drukken op • weigh heavily (up)onzwaar getroffen zijn • be badly/hard hitiets zwaar opnemen • take something hard -
9 afleggen
2 [zich ontdoen van iets vervelends] shed4 [ten einde volgen] cover5 [met betrekking tot een lijk] lay out♦voorbeelden:een last afleggen • lay aside a burdeneen examen afleggen • sit for/take an exam(ination)het (moeten) afleggen tegen iemand/iets op het gebied van • lose out to someone/something on -
10 opgave
♦voorbeelden:opgave doen van iets • give a statement of somethingmet opgave van redenen • stating one's reasonszonder opgave van redenen • without reason givenwij staan hier voor een moeilijke opgave • we are faced with a difficult task -
11 slepen
2 [met betrekking tot een vervoermiddel] tow♦voorbeelden:3 [traag verloop hebben] drag on4 [afhangen] trail♦voorbeelden:met zijn been slepen • drag one's leg -
12 nippertje
♦voorbeelden:¶ op het nippertje • at the (very) last moment/secondzij kwam net op het nippertje • she came just in time/(just) in the (very) nick of timedat was op het nippertje • that was a close/near thing; 〈 met betrekking tot ontsnapping ook〉 that was a close shave/callop het nippertje ontsnappen • have a narrow escapede student haalde op het nippertje zijn examen • the student (just) scraped through (his exam)/only passed by the skin of his teethhij kwam op het laatste nippertje • he came at the (very) last moment/the last (possible) moment
См. также в других словарях:
Bien-etre professionnel — Bien être professionnel La notion de bien être professionnel ou bien être des travailleurs lors de l exécution de leur travail est repris dans la réglementation belge concernant la protection des travailleurs. Le bien être professionnel dépasse… … Wikipédia en Français
Bien-être Professionnel — La notion de bien être professionnel ou bien être des travailleurs lors de l exécution de leur travail est repris dans la réglementation belge concernant la protection des travailleurs. Le bien être professionnel dépasse le simple aspect médical… … Wikipédia en Français
Bien-être professionnel — La notion de bien être professionnel ou bien être des travailleurs lors de l exécution de leur travail est repris dans la réglementation belge concernant la protection des travailleurs (loi du 4 août 1996 relative au bien être des travailleurs… … Wikipédia en Français